Paris FvdV is een niet commercieel weblog speciaal voor kenners en liefhebbers van de stad Parijs - en voor hen die dat willen worden. Parijs is een stad met een gewichtig verleden, respectabel en gerespecteerd. Het is totaal niet nostalgisch. Parijs is er in geslaagd om, soms op brutale maar altijd op elegante wijze, om te gaan met zijn grootse monumenten. Ze te beschermen en te integreren in de nieuwe dynamiek van de stad. Parijs is een meester op het gebied van herstel en transformatie. U zult er nooit in slagen een volledig overzicht te maken van plekken en verhalen, die allemaal op hetzelfde punt uitkomen en de glorie van deze stad bezingen. toch wil ik een poging wagen. Wekelijks wil ik u niet alleen informeren over wat Parijs nog meer te bieden heeft, maar ook wil ik mijn liefde voor deze stad op u over dragen. In de hoop dat het raakt aan iets wat u herkent of voelt. Ferry van der Vliet.

Privacy verklaring: Indien u weblog Paris FvdV, dat bij Google-Blogger is ondergebracht, leest en reageert op de blogs van Paris FvdV, doet u dat vrijwillig en is uw IP-adres en mailadres - indien u dat vermeld - bekend en wordt opgeslagen. Ook uw schuilnaam waaronder uw reageert wordt opgeslagen. Paris FvdV zal uw gegevens nooit aan derden doorgeven. We houden uw gegevens privé, tenzij de wet of rechtelijke macht ons dwingt uw gegevens aan hen te verstrekken. Datalekken in het systeem vallen onder de verantwoordelijkheid van Google-Blogger. Door weblog Paris FvdV te bezoeken en/of de op of via deze weblog aangeboden informatie te gebruiken, verklaart u zich akkoord met de toepasselijkheid van deze disclaimer. Google gebruikt cookies om services te leveren en verkeer te analyseren dus uw IP-adres en user-agent zijn bij Google bekend, samen met prestatie- en beveiligingsstatistieken om servicekwaliteit te garanderen, gebruiksstatistieken te genereren, misbruik te detecteren en maatregelen te treffen.

woensdag 28 oktober 2015

WORLD CHOCOLATE MASTERS - SALON DU CHOCOLAT PARIS

Er bestaat een Frans gezegde dat vrij vertaald zoiets betekent als; 'negen van de tien mensen bekennen dat ze gek zijn op chocolade, de tiende liegt'.

Elk jaar wordt in Parijs de 'Salon du Chocolat' georganiseerd. 's Werelds grootste evenement omtrent chocolade, een echte trendsetter, gewijd aan alles wat te maken heeft met dit vakgebied en een niet-te-missen evenement voor alle liefhebbers van chocolade. De alweer 21e  editie wordt gehouden in Porte de Versailles (Pavilion 5) van woensdag 28 oktober tot en met zondag 1 november 2015. Ruim 500 deelnemers verzameld op 20.000 M² en uitsluitend gewijd aan chocolade. Dé chocoladebeurs van Parijs roept alle chocoladeverslaafden ter wereld op om zich te verenigen op dit geweldige evenement. Gedurende 5 dagen brengen zij hulde aan de cacao in al zijn vormen. 130.000 bezoekers worden gedurende 5 dagen verwacht. 

Hoewel de Paris Fashion Week het modespektakel van het jaar 2015 is, is er nog een modeshow in de Franse hoofdstad waar mijn hart sneller van gaat kloppen. Namelijk; 'le défilé de robes en chocolat'. Tijdens de chocoladebeurs wordt altijd een modeshow georganiseerd die natuurlijk in het teken van chocolade staat. Modellen, ontwerpers en chocolatiers van over de hele wereld komen naar dit event om de meest mooie en bijzondere creaties te tonen. De modellen zijn, u gelooft het niet, gekleed in jurken van chocolade. Letterlijk en figuurlijk om van te watertanden.

Eens in de twee jaar worden ook nog eens de 'World Chocolate Masters' georganiseerd. Dit jaar voor de zesde keer en de finale is altijd in Parijs. Tijdens diverse internationale voorrondes, die plaatsvinden in het jaar ervoor, strijden de beste chocolatiers en patissiers wereldwijd voor een plaats in de finale voor de felbegeerde titel World Chocolat Master. Deze prestigieuze wedstrijd wordt georganiseerd door Cacao Barry®. Gedurende drie dagen, van 28 oktober tot en met 30 oktober 2015, strijden 20 toptalenten afkomstig uit België, Brazilië, Canada, China, Denemarken, Frankrijk, Duitsland, Italië, Japan, Zuid Korea, Mexico, Nederland, Polen, Rusland, Spanje, Zwitserland, Taiwan, Groot Brittannië en de Verenigde Staten, voor de titel van 's werelds best chocolatier.

World Chocolate Master 2011 de Nederlander Frank Haasnoot en Ramon Huigsloot die ons land dit jaar vertegenwoordigt

Wat u zeer waarschijnlijk niet weet is dat Nederland al sinds 2011 meespeelt op het allerhoogste niveau. In 2011 werd de World Chocolate Masters zelfs gewonnen door de Nederlander Frank Haasnoot en in 2013 eindigde Nederland zeer verdienstelijk op de tweede plaats met Marike van Beurden. Marike moest voor het onderdeel 'The Architecture of Taste' een showpiece maken van 1.72 meter hoog. Het stuk helemaal van chocolade woog ruim dertig kilo. De top-chocolatier koos voor het thema bijen. Dit leverde haar de tweede plaats op als World Chocolate Master. Helaas ging Davide Comaschi uit Italië er met de winst vandoor. Marike behoort nu met haar 33 jaar tot de absolute patisserietop van de wereld! Ze zwaait de scepter over het patisserieteam van driesterrenrestaurant Caprice, onderdeel van het Four Seasons hotel te Hong Kong. Dit jaar wordt Nederland vertegenwoordigd door Ramon Huigsloot. 30 Jaar oud en werkzaam als adviseur patisserie bij de Zeelandia groep. Ramon leerde zijn vak bij Huize van Wely, de Librije*** (Jonnie en Therèse Boer), Oud Sluis*** (Sergio Herman) en het Kurhaus te Scheveningen.

Neerlands trots; Marike van Beurden, 2e bij de World Chocolate Masters 2013

Een vakkundige jury en het toeschouwende publiek krijgen te zien hoe Ramon het thema van dit jaar, 'Inspiration from Nature', vertaalt naar vier prachtige creaties: Een groot chocolade showsierstuk, een gemouleerde praline, een taart van de dag ('My Or Noir Story') en een 'chocolate To Go concept. Aan Ramon dus de uitdaging om de druk van de zeer beperkte tijd te doorstaan en producten van topkwaliteit te ontwikkelen. Alle creaties worden door een jury van chocolade-experts beoordeeld op smaak, visuele aspecten, creativiteit en technische vaardigheden. Ik wens Ramon dan ook heel veel succes.

Hoofdsponsor Barry Callebaut is 's werelds grootste chocolade fabrikant. Het bedrijf werd opgericht in 1996 door de samenvoeging van de Belgische chocoladeproducent Callebaut en het Franse bedrijf Cacao Barry. Cacao Barry werd opgericht door Charles Barry in Parijs in 1842. Callebaut was een Belgisch bedrijf en in 1850 opgericht door Eugenius Callebaut als een brouwerij in het Belgische Wieze. De brouwerij begon met de productie van chocoladerepen in 1911 en al snel daarna werd er volledig overgeschakeld naar de productie van uitsluitend chocolade.

Tot op de dag van vandaag hullen cacao en chocolade zich nog steeds in de mystiek van luxe en genot. Wist u dat een van de duurste chocoladesoorten van Nōka komt. Nōka chocolade heeft een van de beste en meest verfijnde donkere chocolade van over de hele wereld. De zalige substantie wordt gemaakt met behulp van met de hand geselecteerde cacaobonen uit Venezuela en Ecuador (een aantal bekende landen die cacao produceren). Je moet er wel even voor sparen, deze pure verwennerij kost namelijk 1440 euro per kilo. De subtitel van de chocolade is 'encore' dat in het Nederlands vertaald kan worden als 'meer' of 'nog meer'. Je wilt er graag meer van eten door de uitstekende smaak, maar natuurlijk moet je wel je bankrekening in de gaten houden.

Geschiedenis
Maar eerst een beetje geschiedenis over chocolade en hoe het uiteindelijk in Parijs terecht kwam. Chocolade is bij wijze van toeval ontdekt door een Tolteek. De Tolteken waren een beschaving die van de tiende tot de twaalfde eeuw een groot deel van Centraal-Mexico domineerde. Historici zijn het oneens hoe lang geleden deze ontdekking gedaan is door de Tolteken, maar het is minstens 2000 jaar geleden. Op een dag gooide een Tolteek de bittere cacaobonen in het vuur. De brandende cacaobonen verspreidden echter zo’n heerlijke geur, dat de man begon te watertanden. Toen hij de bonen uit het vuur haalde, plette hij ze tussen de stenen tot een gladde massa. Het resultaat was om te smullen en zie daar: chocolade was geboren!

De koningen en koninginnen van Frankrijk genoten van de warme drank die al een rage bleek te zijn aan het Hof van Versailles.

Pas in 1615 werd de chocoladedrank ingevoerd in Frankrijk en wel bij het ​​huwelijk van Lodewijk XIII met de 14- jarige Habsburgse prinses Anna van Oostenrijk. De Prinses zou later beroemd worden als de centrale figuur in 'de drie Musketiers'. Pas daarna werd de chocoladedrank gedronken bij officiële audiënties en recepties van de Franse koning, totdat het gebruik door bezuinigingen weer werd afgeschaft. In de 17e eeuw was chocolade een luxeproduct dat vooral gebruikt werd door de adel. De koningen en koninginnen van Frankrijk, van Lodewijk XIII tot aan Marie-Antoinette, genoten van de warme drank die al een rage bleek te zijn aan het Hof van Versailles.

Volgens de legende werd chocolade gezien als een krachtige liefdesdrank. Er zijn veel voorbeelden van mensen die chocolade als een afrodisiacum beschouwden en gebruikten om de seksuele bevrediging van zichzelf en hun seksuele partner te verhogen. Casanova, de grootste minnaar aller tijden en een echte liefhebber van vrouwen, dronk dagelijks champagne met chocolade  om zo zijn amoureuze energie te verhogen, net zoals de Parijse Marquis de Sade die tijdens zijn orgies met zijn bediende 'Latour' en vele prostituees chocoladebonbons uitdeelde met Spaanse vlieg (ook verondersteld om lust te wekken). Hij gebruikte chocolade om vergif te verhullen. De maîtresses van de Franse koning Lodewijk XV; Madame de Pompadour en Madame du Barry gebruikten het in hun slaapkamers: de eerste om er opgewonden van te raken en de tweede om te zorgen dat haar minnaars gelijke tred met haar konden houden.

Chocoladedrank als afrodisiacum: Madame du Barry - Marie Antoinette - Madame de Pompadour

Lodewijk XV werd beschouwd als de grootste liefhebber van de op cacao gebaseerde godendrank. Af en toe zou de koning zelf zijn eigen drank bereiden in de keuken van zijn privé-appartement. Tot die tijd werd chocolade voornamelijk geconsumeerd als drank. In 1770, toen Marie-Antoinette trouwde met Lodewijk XVI, kwam ze bij het ​​Hof van Versailles met haar eigen bakker en chocolatier. Zij introduceerde in de 17e eeuw de croissant met chocola; de 'pain au chocolat'. Koningin Marie Antoinette had een sterke hekel aan de smaak van haar medicijnen. Dus, om dit probleem op te lossen en omdat chocolade werd beschouwd als hèt gezonde item op dat moment, creëerde de Koninklijke familie-chemicus, Sulpice Debauve, de 'Pistole de Marie Antoinette'. Een chocoladepastille van 99% cacao die op smaak werd gebracht met amandelolie, bittere koffie, vanille, orgeat crème of oranjebloesem om zo de smaak van medicijnen te maskeren.

Deze bijzondere pastilles, gemaakt volgens het aloude recept zijn nog steeds te koop bij het chique Debauve en Gallais, aan de rue des Saints-Pères 30, maar velen van ons zijn waarschijnlijk niet bereid het bijpassende prijskaartje van € 170 te betalen. Deze mythische winkel voor chocolade liefhebbers is gevestigd in een tweehonderd jaar oud monumentaal pand en herbergt de oudste chocolaterie in Parijs. In 1800 opende Sulpice Debauve, apotheker van koning Lodewijk XVI en Marie Antoinette samen met zijn neef, Antoine Gallais, een chocoladewinkel vlakbij de abdij van Saint-Germain-des-Pres. Door zijn reputatie was hij dé officiële leverancier van koningen waaronder Lodewijk XVIII en Karel X en Louis-Philippe.

Le Salon du Chocolat, Viparis - Porte de Versailles - Pavilion 5. place de la Porte de Versailles 1, 15e arrondissement, metro Porte de Versailles, Balard.
Entree vanaf 10,50 tot € 14 - U kunt ook kaarten bestellen via de online ticket service.
Open elke dag van 10.00 uur tot 19.00 uur

Adressen voor 'Chocolate Addicts':

Debauve en Gallais, rue des Saints-Pères 30, 7e arrondissement, métro: rue du Bac, Saint-Germain-des-Prés.

Angelina, rue de Rivoli 226, 1e arrondissement, métro: Tuileries, Palais Royal Musée du Louvre.

Musée du Chocolat, boulevard Bonne Nouvelle 28, 2e arrondissement, métro: Strasbourg-Saint-Denis, Bonne-Nouvelle

Les Marquis de Ladurée, Rue de Castiglione 14, 1e arrondissement, métro Tuileries

Alain Ducasse 'La Manufacture de Chocolat’, rue de la Roquette 40, 11e arrondissement, metro: Bastille.

Patrick Roger, place de la Madeleine 3, 8e arrondissement, métro: Madeleine

Patrick Roger, boulevard Saint-Germain 108, 6e arrondissement, métro; Saint-Germain- des-Prés.

Patrick Roger, avenue Victor Hugo 45, 16e arrondissement, métro: Victor Hugo, Charles de Gaulle Étoilles

Patrick Roger, rue de Rennes 91, 6e arrondissement, métro: Saint Sulpice, Rennes

Tip van Parijskenner David Lebovitz:

A l’Etoile d’Or, rue Pierre Fontaine 30, 9e arrondissement, métro: Blanche or Pigalle

woensdag 21 oktober 2015

HET NIEUWE PARIJS: PARK MARTIN LUTHER KING

"Sneller dan het hart van een sterfelijke verandert de stad, het oude Parijs is verdwenen"; Aldus treurde Baudelaire in de 19e eeuw - en zo horen we nostalgische mensen tot op de dag van vandaag klagen. Echter in de loop der eeuwen stapelden de gebouwen zich in Parijs op als een gigantische puzzel. Elke wijk, elk bouwwerk draagt de sporen van voorbije tijden en levert een bijdrage aan de toekomst. De Franse hoofdstad is absoluut geen museumstad. De nieuwe architectuur van de stad getuigt van respect voor het verleden én van bruisende creativiteit. Prachtige voorbeelden zijn de revival en de verbouwing van het in 2005 gesloten warenhuis La Samaritaine, een project van het Japanse bureau Sanaa. De herinrichting van het Forum des Halles, de nieuwe Philharmonie de Paris van Jean Nouvel en de Fondation Louis Vuitton, een schepping van Frank Gehry, aan de rand van het Bois de Boulogne. Jawel, Parijs laat mensen nog altijd dromen!

Tussen nu en 2018 moeten verschillende torens verrijzen. La Tour Triangle ontworpen door het Zwitserse architectenduo Herzog & de Meuron komt in het hart van het Parc des Expositions (15e arrondissement) te staan.  De Tour Duo van de hand van Jean Nouvel bekent onder de projectnaam BA/3 (13e arrondissement).  En dan is er nog het 160 meter hoge Cité Judiciaire, dat onderdak gaat bieden aan een groot aantal rechtbanken in de wijk Clichy Batignolles (17e). Het verleden heeft voor goede fundamenten gezorgd en Parijs blijft groeien maar nu ook in de hoogte.

Een nieuw stukje Parijs in het 17e arrondissement; Parc Martin Luther King

Als bewijs neem ik u mee naar een nieuw stukje Parijs dat al sinds 2002 in ontwikkeling is en waar u hoogstwaarschijnlijk nog niets van heeft gehoord: Het Parc Clichy Batignolles Martin-Luther-King, vernoemd naar de Amerikaanse dominee en activist voor burgerrechten. In Parijs is dit mega project beter bekend als het Clichy-Batignolles project. Het totale project omvat een gebied van 54 hectare (de grootste bouwplaats in Parijs) met een grote centrale groene ruimte van 10 hectare. De eerste tranches zijn reeds afgerond, omgeven door 3400 woningen voor 6500 inwoners, 140.000 m² kantoren, 120.000 m² voor het nieuw Paleis van Justitie en 31.000 m² ten behoeve van cultuur en recreatie. 12.700 arbeiders werken aan dit project.

Inmiddels het grootste bouwproject van de stad Parijs

Wij begeven ons naar de noodwestkant van Parijs, het 17e arrondissement en stappen uit bij het metrostation Porte de Clichy (lijn 13) aan de drukke boulevard Berthier. Het project wordt ontwikkeld op een gedeelte van een enorm spooremplacement van de SNCF dat in directe verbinding staat met het station Saint Lazare. Dit deel vormde vroeger een onderdeel van de 'Petite Ceinture'. Zo rond 1850 werd besloten om een spoorbaan aan te leggen langs de toenmalige stadsgrenzen van Parijs. De 'Chemin de fer de Petite-Ceinture', voorloper van de metro, maar dan grotendeels bovengronds. Meer dan 160 jaar later bestaat het grootste deel van het traject nog steeds. Vroeger stond hier het station Batignolles, geopend op 2 mei 1854, als onderdeel van de Auteuil-lijn. Het vormde een directe verbinding met Versailles. Niet lang daarna werd het weer afgebroken om plaats te maken voor een houten gebouw, om later weer herbouwd te worden op de hoek van de boulevard Pereire met een brug naar de rue Cardinet. Het  station opende op 15 mei 1922 en kreeg de naam Pont Cardinet. In 1996 wordt de Auteuil-lijn opgeheven en vervangen door een busdienst. Een deel van de gebouwen op het emplacement; La Forge, werd gerehabiliteerd en opgenomen in het 10 hectare grootte park.

Het park is een creatie van landschapsarchitect Jacqueline Osty

Het nieuwe park kent verschillende ingangen:
Rue Cardinet 151 en 147, zuid
Rue Bernard Buffet 9, noordoosten
Rue Gilbert Cesbron 36 , noorden - nog ongeopend
Boulevard Berthier, noordwesten

De eerste ideeën van de hand van landschapsarchitect Jacqueline Osty, omtrent dit duurzame park, zagen het daglicht zo rond 2002. In 2004 is men begonnen met de bouw. Doelstelling: Een park dat energie neutraal is en nauwelijks uitstoot heeft van CO2. De publieke gebouwen La Forge zijn voorzien van een zonne-energiecentrale die het water verwarmt van de sanitaire voorzieningen en het complete park van licht voorziet. De eerste fase van het park, 4,3 hectare groot, werd geopend in 2007. Op 18 april 2014 werd het park uitgebreid met nog eens 2,2 hectare. De totale kosten worden geraamd op 22 miljoen euro. In 2017 moet het gehele park klaar zijn en is dan met zijn 10 hectare het achtste grootse park in Parijs.

Moderne architectuur weerspiegelt het park

Wij nemen de ingang aan de rue Bernard Buffet een zijstraat van de Avenue Clichy (de 2e zijstraat rechts nadat u onder de spoorbrug door bent gegaan). Let op, na de spoorbrug heeft u al meteen de 1e zijstraat. Eenmaal in de rue Bernard Buffet valt u onmiddellijk de bijzondere architectuur op van de omliggende gebouwen. Een stedelijke ontwikkeling bedoeld als atletendorp voor de Olympische Spelen van 2012, die uiteindelijk niet naar Frankrijk gingen, maar naar Groot Brittannië.

Rust en ruimte in het achtste grootste park van Parijs

U komt meteen in een prachtig en modern aangelegd park, met 624 bomen, 5600 struiken, planten en 47.000 bloembollen. Verdeeld in drie thema's: Water, sport en recreatie. In de lente en zomer bloeien hier de magnolia's, kersen- en appelbloesem. Kornoelje en Judasbomen zorgen voor een heerlijke geur. De eikenbomen geven de herfst kleur als een soort van 'Indian Summer'. Ook water speelt een belangrijke rol in het park. Grote waterpartijen waarvan een bassin groter dan 2900 m² voor de opvang van regenwater dat weer gebruikt wordt voor irrigatie van het gehele park. Er is genoeg ruimte voor recreatie; een grote kinderspeelplaats, skatebanen en een basketbalveld. Beschutte laantjes, overal banken en houten ligstoelen voor de zonaanbidders. Tussen de grassen een indrukwekkende glazen plaquette als herinnering aan de 11.000 Joodse kinderen, gedeporteerd uit Frankrijk tussen 1942 en 1944. Weggevoerd naar Auschwitz en nooit meer teruggekeerd. Velen van hen kwamen uit het 17e en 16e arrondissement. Stilstaan bij deze plek is nog beklemmender door het geluid op de achtergrond van alle spelende kinderen.

Een glazen plaquette ter herinnering aan de 11.000 Joodse kinderen, gedeporteerd uit Frankrijk tussen 1942 en 1944

Aan het einde van de waterpartij, majestueuze trappen die leiden naar een groot terras, van waaruit u weer een prachtig uitzicht heeft over het gehele park, de overblijfselen van de Petite Ceinture en het in aanbouw zijnde nieuwe Tribunal de Grande Instance de Paris, TGI (zie ook mijn blog van 14 augustus 2015). De vormgeving van deze nieuwe rechtbank van Parijs is toevertrouwd aan de Italiaanse architect Renzo Piano, die wij eerder kennen van het iconische ontwerp van het Centre Pompidou. Ook een omstreden gebouw. Een speelse vorm van vier in terrasvorm gestapelde glazen blokken, ieder ter hoogte van een traditioneel parijs gebouw. De terrassen moeten kleine bossen worden. Door gebruik van nieuwe technieken kunnen we licht glas gebruiken, waardoor het gebouw 'transparant' wordt. Door deze hoogbouw winnen we ruimte voor groen, voor parken en pleinen; aldus de architect.

Aan het einde van de waterpartij, majestueuze trappen die leiden naar een groot terras

Loop vooral door naar de uitgang van het park aan de noodwestzijde aan de boulevard Berthier. Rechts ziet u kleine volkstuintjes, een van de speerpunten van de huidige burgemeester van Parijs; Anne Hidalgo, om de vergroening van de stad te bevorderen. Een mooi contrast tussen de hypermoderne hoogbouw. Overal in het beton ingegoten spoorrailsen die herinneren aan de vroegere functie van het park. Vlakbij de uitgang naar de boulevard Berthier een indrukwekkend kunstwerk van de Engelse kunstenares Diane Maclean; 'Open Book'. Dit kunstwerk is een geschenk van Hare Majesteit Koningin Elizabeth II, Koningin van Groot Brittannië aan de stad Parijs als teken van vriendschap. Gemaakt van roestvrij staal met daarin rood spiegelend glas. Aan de zijkant een plaquette met de woorden "Un livre ouvert que nous ecrivons ensemble" - Een open boek door ons gezamenlijk geschreven. Het monument werd, weliswaar op een andere plek; de place Lepine op het Ile de la Cite, onthuld door de Koningin zelf op 7 juni 2014 in het bijzijn van President Hollande. Pas dit jaar heeft het een vaste plek gekregen in het parc Martin-Luther-King.

'Open Book', dit kunstwerk is een geschenk van Hare Majesteit Koningin Elizabeth II, Koningin van Groot Brittannië aan de stad Parijs

Wanneer de gehele fase is afgerond, verwachting einde 2016 begin 2017, dan krijgt dit project ook nog een aansluiting op metrolijn 14 met een nieuw metrostation Cardinet.

Architectuurliefhebbers moeten absoluut een bezoek brengen aan het Pavillon de l'Arsenal. Hier ontdekt u foto's plattegronden, kaarten, maquettes en schetsen van het vroegere, huidige en toekomstige Parijs. Deze permanente tentoonstelling is chronologisch opgezet en laat u de geschiedenis van Parijs ontdekken. Indrukwekkend is de digitale maquette 'Paris Metropole 2020'. Ze toont in 2D en 3D de grote wijken en zones aan die aan het veranderen zijn, de nieuwe transportmiddelen en de architectonische symbolen van de toekomst. De maquette wordt regelmatig aangevuld en geactualiseerd en biedt een goed beeld van de levendigheid en dynamiek van een stad als Parijs. De toegang is altijd gratis. U vindt het Pavillon de l'Arsenal in het 4e arrondissement aan de boulevard morland 21.

Artist impression met op de achtergrond het TGI naar een ontwerp van Renzo Piano


Rest mij u een fijne wandeling toe te wensen in dit nieuwe stukje Parijs. 

woensdag 14 oktober 2015

CHARONNE EEN PARIJSE VERRASSING IN HET 20E ARRONDISSEMENT

Deze tip heb ik te danken aan mijn collega Parijsblogger Frank Renout. Sinds 2004 is Frank woonachtig in Frankrijk en werkt als correspondent voor diverse kranten en omroepen in Nederland en België. Voor Nederland schrijft hij onder andere voor het Algemeen Dagblad, Vrij Nederland en levert diverse bijdragen aan programma's van de NOS en de Wereldomroep. In België schrijft hij voor De Standaard en de VRT. Tevens is hij de auteur van het boek 'Super Sarko' over de vorige Franse President Nicolas Sarkozy.

Hij vertelde mij dat hij (misschien) wel het meest lieflijke steegje van Parijs had gevonden, ergens in het 20e arrondissement. Nou ken ik het 20e erg goed, sterker nog het is een van de arrondissementen waar ik vaak rondhang. Een Parijzenaar zei eens tegen mij over het 20e: "De meeste inwoners zijn dood". En daar had hij een punt. Het 20e herbergt namelijk een van de grootste begraafplaatsen van Parijs, Père Lachaise waar meer dan een miljoen Parijzenaars liggen. Het is zeer waarschijnlijk de drukst bezochte en misschien wel de beroemdste begraafplaats ter wereld. Daarnaast heeft het 20e, een van de grootste arrondissementen van Parijs, zo'n 200.000 inwoners die nog wel in leven zijn.

De impasse Poule aangelegd in 1870; hèt mooiste steegje van Parijs volgens Frank Renout

Dit arrondissement, aan de oostkant, bestaat uit drie oude dorpjes: Charonne, Belleville en Ménilmontand. Het zijn kosmopolitische wijken waar veel immigranten wonen, maar de laatste tijd steeds populairder onder de voornamelijk jonge Parijzenaars. Dat is ook de reden dat dit arrondissement steeds meer opduikt in reisgidsen en trendy modebladen. Naast het oude volkse Parijs, waar eens Edith Piaf werd geboren, is het ook het thuis van een exotische gemeenschap van Arabieren, Chinezen en Vietnamezen, maar ook van kunstenaars en studenten, die de dure universiteitsbuurten zijn ontvlucht, en goedkope antiquairs. Het zijn ontegenzeggelijk de wijken die het meest in beweging zijn. Hier kunnen we nog de ruwe kant van Parijs aanschouwen. Geef dit arrondissement nog eens 10 jaar de tijd en dan is het net zo in trek als de Marais.

De rue des Vignoles vol met kleine minuscule doodlopende steegjes zoals de impasse Rolleboise

Veel van het dorpse karakter van de dorpjes Belleville, Charonne en Ménilmontant is bewaard gebleven. Zij dragen nog steeds de sporen van hun landelijk verleden, van de arbeiders die werkten in de gipsgroeven en de wijngaarden van de Parijse kloosters. Hier kwamen de arbeiders hun zuur verdiende Francs verdrinken in de guinguettes, de cafés en 'bals musettes'. Hier debuteerden Maurice Chevalier, Yves Montand en Edith Piaf op straat en in de verschillende café-chantants. Vele straatnamen herinneren nog aan de grote hoeveelheid waterbronnen en aan het rijke wijnbouwverleden: Rue des Cascades (waterval), rue de la Duée (kleine bron), rue des Rigoles (slootjes) en rue des Vignoles (wijngaard).

Overal bijzondere details

Natuurlijk vind je er ook de lelijke betonnen hoogbouw uit de jaren zeventig maar ook kronkelende steegjes met winkeltjes, ateliers en kleine lokale eethuisjes. Steile hellingen, duizelingwekkend hoge trappen met aan het eind weer een prachtig doorkijkje. Passages, villa's, impasses (staat in Parijs voor een doodlopend straatje) en verstilde tuinen achter sierlijke poorten. Hier vindt je de charme van het ongewone met het ouderwetse. Een mengeling van exotische gemeenschappen samen met de arbeidersbevolking, die in de 18e eeuw als gevolg van de herstructureringen van Hausmann, uit de binnenstad werd verdreven. De bevolking in de wijk, is een van de meest gevarieerde en kosmopolitische in Parijs.

De wandelingen hier zijn vaak doorspekt met kleine verrassingen en onverwachte ontdekkingen; sfeer, kleur en gezelligheid. Zo ook de tip, die ik nog niet kende, en kreeg van Frank Renout. "Ken jij de Impasse Poule?" Helaas ik moest het antwoord schuldig blijven. "Het is het mooiste steegje van Parijs!".

Onbeschaamd bliek ik tussen het groen en kijk mijn ogen uit in de hippe binnentuintjes

Dus vertrok ik op een mooie zonnige zondag richting het 20e arrondissement. Mijn favoriete metrolijn 2, veel van de stations zijn bovengronds, brengt mij naar het metrostation Avron. Bovenaan de trappen 180 graden draaien en de boulevard de Charonne een stukje aflopen tot u de eerste zijstraat aan uw rechterkant tegenkomt: De rue des Vignoles. U kruist de rue Panchat en u komt als het ware terecht in een klein plattelandsdorpje in Parijs met links en rechts kleine huisjes. Het gedeelte tussen de rue Panchat en de rue Buzenval kent wel 7 impasses. Kleine minuscule doodlopende steegjes, vaak maar twee of drie meter breed, met betaalbare arbeidershuisjes, aangelegd zo rond 1870. Sommige met veel groen, originele lantaarnpalen en nog de oude kasseien met prachtige namen zoals de impasse Rolleboise, impasse Poule of impasse de la Confiance. Je komt ogen te kort. Onbeschaamd bliek ik tussen het groen en kijk mijn ogen uit in de hippe binnentuintjes. In de impasse Rolleboise valt mij het bordje op 'Hippies use side door' op. Het is met recht een hip buurtje. Aan de overkant van de impasse Rolleboise, de impasse Casteggio en de impasse des Crins, met bijzondere huizen met houten trappen die er prachtig uit zien, alsof de bewoners in boomhutten wonen.

 'Les Mondes des Bohèmes' in de rue des Vignoles, met een heerlijk overdekt buitenterras

U passeert verschillende restaurantjes waaronder; 'le petite Fabrique' gespecialiseerd in biologisch eten, een stukje verder 'le Comptoir Américain gespecialiseerd in bagels en salades, maar mijn voorkeur ging uit naar een café restaurant 'Les Mondes des Bohèmes', met een heerlijk overdekt buitenterras en een menukaart vol met gerechten om van te smullen. Ik laat mij verleiden door de 'suggestion du moment'; de 'carpaccio de bœuf au basilic et fromage, mesclun et frites maison' en als désert, 'creme brûlée selon l'humeur du chef. Tevreden, heel tevreden, vervolg ik mijn route langs de rue des Vignoles.

De menukaart vol met dagverse huisgemaakte gerechten

Op huisnummer 33, is getuige de plaquette aan de muur, een oude maar nog steeds in gebruik zijnde verzetshaard gevestigd, ooit opgericht door Mexicaanse opstandelingen van het Zapatistisch Nationaal Bevrijdingsleger.
"En 1995, le 33 rue des Vignoles à été officiellement déclaré Aquacalientes (zone zaptiste) par Amado Avendaňo Figeroa, gouverneur en rébellion de l'État du Chiapas. Encore longtemps en ce lieu la solidarité internationale vivra!"
Wat zoveel betekent dat in 1995 dit woonhuis officieel is benoemd tot 'zone zapatiste' van de Staat Chiapas, door Amado Avendaňo Figeroa. De Chiapas was officieel een soeverein grondgebied tijdens het eerste Mexicaanse Rijk van 21 juli 1822 tot 19 maart 1823, met een eigen grondwet.

De impasse Saint-Pierre

We steken de rue de Buzeval over en vervolgen onze route. Links weer zo'n klein doodlopend straatje de impasse Saint-Pierre. De straat wordt nu wat minder interessant, maar ik breng u nog even naar een ander juweeltje. Links de de rue de la Réunion in naar de place de la Réunion. Daar vindt elke donderdag en zondag van 07.00 uur tot 15.00 uur, de Marché Réunion plaats. Lokaler kan het niet. Parijzenaars doen het liefst hun inkopen op lokale markten en ze zijn daarbij heel kieskeurig. Alles moet vers zijn. De kopers die uit alle werelddelen lijken te komen verdringen zich langs de viskramen vol met scholen op ijs gelegde vissen en rond de groentekramen waar je je kunt verbazen aan de kunstig opgebouwde piramides van tomaten, kleine knapperige courgettes en glanzende paarse aubergines. De kraam met druiven voor slechts € 1 doet goede zaken. Ik strijk nog even neer op het plaatselijke terras van het café op het plein om het allemaal gade te slaan. De luid babbelende vrouwen, de mannen die druk zijn met afdingen en de geur van vers fruit en groenten brengen je wel heel dicht bij de buik van Parijs. 

De marché Réunion lokaler kan het niet

Met dank aan Frank Renout voor deze gouden tip.

Frank is met zijn weblog 'Out in Paris' genomineerd voor de Golden Blog Award. Met mijn weblog is dit drie keer gebeurd; in 2012, 2013 en 2014 maar nog nooit heeft een Nederlandse blogger gewonnen. Het zou leuk zijn als dat in 2015 wel zou gebeuren en daarom vraag ik u om op mijn collega Parijsblogger te stemmen door dagelijks naar zijn weblog te gaan en te klikken aan de rechterkant op de button 'Je Vote'. U mag elke dag stemmen tot en met 26 oktober, daarna neemt de jury het over.

De impasse Casteggio alsof de bewoners in boomhutten wonen.

woensdag 7 oktober 2015

HET ECHTE VERHAAL ACHTER DE MOULIN ROUGE PARIS

Afgelopen dinsdag 6 oktober ben ik benaderd voor een live interview op Radio 1 voor het programma; 'Dit is de Nacht', over de Moulin Rouge. Op 6 oktober 1889, precies 127 jaar geleden, opende aan de voet van Montmartre een bijzondere attractie, een danszaal van, in die tijd, ongekende allure.

Tot op de dag van vandaag heeft Parijs een aantrekkingskracht die, zelfs voor mensen die er nog nooit zijn geweest, duizelingwekkend is. Met zijn vele bezienswaardigheden is het dè bestemming voor toeristen afkomstig uit alle landen van de wereld. De wijdverbreide clichés over de stad der liefde bevatten. zoals elke gemeenplaats, een deel waarheid: zoals de langbenige maar stuurse Parisiennes, de man met zijn baguette en alpinopet, de norse maar oh zo efficiënte obers, de kunstenaars en bohemiens, de absint, de cancan en bovenal een bruisend nachtleven. Als je eens Parijs bij nacht hebt gezien, dan pas begrijp je de bijnaam lichtstad. Vooral als je staat op de heuvel van Montmartre in de schaduw van de machtige kerk van het Heilig Hart; de Sacré Cœur. Dan zie je de lichtjes en voel je de adem van deze nooit slapende stad. Beneden op de place Blanche staat al sinds 1889 de Moulin Rouge, als baken in de nacht, de helrode molen, het centrum van een bruisend Parijs. Of niet? Zelfs de meest trotse Parijzenaars zien hun Moulin Rouge als een deel van het verleden, een attractie, een toeristenval. Wanneer en waarom is deze ommekeer eigenlijk gekomen en is het cabaret de naam van icoon nog waard? U leest er alles over in deze blog.

De Moulin Rouge aan de place Blanche anno 1900

Moulin Rouge is groots geworden door het eigenwijze karakter van Montmartre. In de film van Baz Luhrmann's Moulin Rouge uit 2001, de film werd bekroond met twee Golden Globes en genomineerd voor acht Oscars, werd Montmartre door de hoofdpersoon afgeschilderd als "center of the bohemian world" maar ook als "a village of sin". Beide uitdrukkingen zijn van toepassing, Montmartre staat ook vandaag nog los van de rest van Parijs.

Door de geografische afscheiding van de stad kon Montmartre zich in de 19e eeuw ontwikkelen tot het meest decadente deel van de stad. Bekende artiesten hebben er gewoond: Henri Toulouse de Lautrec, Auguste Renoir, Georges Bracque, Guillaume Appolinire, Pablo Picasso, Van Gogh en meer.

Al sinds 1860 is de Franse hoofdstad een toeristische trekpleister en vanwege het buitensporige nachtleven in Montmartre werd Parijs in de 19e eeuw de hoofdstad van plezier. Medeplichtig hieraan waren de zogenaamde cocottes, de courtisanes of de talrijke luxeprostituees.  Een van de meest beroemde 'Cocottes' was uit die tijd Coca Pearl die liefkozend 'la grande horizontale' of 'plat du jour' werd genoemd.

Parijs 1889, het begin van de industriële revolutie en de komst van vele wereldtentoonstellingen naar Parijs. De mooie eeuw of de Belle epoque, de sfeer van nonchalance, het onbezorgde leven of zoals de Fransen het benoemen; 'joie de vivre'. Het was de tijd van de automobiel, de telefoon, het elektrisch licht, de fotografie en de film, maar ook de fysica, geneeskunde en de haute couture. Parijs als centrum van de wereld.
Parijs barste van de cafés cabarets en dance halls, die dienden als ontmoetingsplaats voor de bohemiens en de kunstenaars. Het neveneffect van al deze ontwikkelingen was een scepsis tegenover het belang van geloof en andere morele waarden. Geen wonder dat op de plek van een dance hall genaamd 'La Reine Blanche', Joseph Oller en Charles Zidler op 6 oktober 1889 de Moulin Rouge openden, op de Place Blanche, aan de voet van Montmartre. Hèt mekka van het Parijse nachtleven.

Joseph Oller (1839-1922) een in Catalonië geboren zakenman die zijn fortuin maakte in Parijs als uitvinder van een nieuw soort wedsysteem; 'Pari Mutuel', en zo indruk maakte als bookmaker bij het paardrennen. Dit gaf hem de middelen om samen met zijn compaan Charles Zidler (1830-1897) niet alleen de Parijse muziektempel Olympia, de Jardin de Paris, maar ook de Moulin Rouge te bouwen. Bij dat laatste kwam hun perfectionisme naar boven. Zij wilden het grootste en mooiste cabaret creëren. Een tempel opgericht als ode aan de vrouw en de dans.  

Op de butte stonden ongeveer 30 windmolens

Het gebouw van de Moulin Rouge diende als eerbetoon aan de ongeveer 30 windmolens die jarenlang de heuvel van Montmartre hadden gesierd. Dankzij het bijzondere interieur, ontworpen door Adolphe Willet, met een gigantische dansvloer, alomtegenwoordige spiegels, elegante gaanderijen met privé loges, wisten Zidler en Oller de allerrijksten zich te laten mengen met de inwoners van het hippe Montmartre. De grootste verrassing bevond zich in de tuin. Een enorme olifant, oorspronkelijk ontworpen voor de wereldtentoonstelling van 1889 waar je voor een oude Franse franc, een wenteltrap kon beklimmen en kon genieten van een zeer sensueel buikdansspektakel.

De 'Bals de Moulin Rouge' groeiden in ijltempo uit tot hooggeprezen en drukbezochte evenementen, waar de meisjes mede dankzij het onstuimige ritme van de cancan even flexibel omsprongen met hun ledematen als met hun moraal. Oller en Zidler beloofden niet voor niets goud en vrouwenbenen aan het publiek. Al gauw kreeg het cabaret de bijnaam Le Premier Palais de la Femme'. Onder het bewind van Zidler werden heel wat legendarische sterren naar de molen gelokt zoals; La Goulue (danseres), Colette (mime), Yvette Guilbert (zangeres) en Jane Avril (danseres). Hij was het bovendien die de cancan invoerde als belangrijke attractie.

De grote olifant in de tuin van de Moulin Rouge was afkomstig van de wereldtentoonstelling van 1889

Het was in die periode dat de kunstenaar Henri de Toulouse-Lautrec er een veelgeziene gast was. Zoals vele schilders voelde Henri De Toulouse-Lautrec zich aangetrokken tot de wereld van de prostitutie. In het nachtelijk leven vindt De Toulouse-Lautrec de vrijheid om te schilderen wat hem boeit: het leven zelf, de mensen die hem interesseren, in een omgeving waarin hij zich thuis voelt. Hij schildert de milieus die pas opbloeien bij kunstlicht, wanneer Parijs zich in het duister hult. Vooral in cabarets als Le Chat Noir, de Boule Noir en de Moulin Rouge vindt hij de mensentypes die hem boeien.

De meisjes van plezier aanvaardden de kleine misvormde schilder en duldden hem als één van hen. De Toulouse-Lautrec leed aan Pycnodysostose, een kwaal die dwerggroei tot gevolg had en waarschijnlijk wordt veroorzaakt door incest of inteelt. Kleiner dan anderhalve meter, met een normaal volgroeide romp en hoofd maar met te korte armen en benen, brede neusvleugels, een ingevallen kin, felrode en getuite lippen, en een veel te grote tong waardoor hij onophoudelijk lispelt en kwijlt. (Bron Wikipedia).

Henri Toulouse de Lautrec en het affiche dat hem beroemd maakte

In 1891 kreeg Toulouse-Lautrec van Charles Zidler de opdracht om een promotieposter te maken voor de Moulin Rouge. Dit werd voor beide partijen een winstgevende onderneming. Het succes van de poster bracht onmiddellijke bekendheid aan de schilder en een nieuw publiek naar de Moulin Rouge. Het affiche toont La Goulue in volle beweging met een been in de lucht en haar onderrokken zichtbaar vergezeld door Valentin le Décossé, de enige mannelijke danser uit de periode.

Hij trouwde nooit, scheidde liefde en seks en had ontelbare verhoudingen, maar meestal van korte duur. Zijn chronisch gebrek aan nachtrust ging gepaard met alcoholmisbruik. Bovendien leed hij aan syfilis. In 1901 stierf hij als gevolg van een beroerte. 

De overweldigende bloei uit de beginjaren verloor na verloop van tijd aan kracht en eind 1902 werd het laatste bal op een algemene onverschilligheid onthaald. Zelfs de cancan was uit de mode. Wat weinigen weten is dat de Moulin Rouge ook een Nederlands tintje kende. Het was de Nederlander Eduard Niermans die in 1903 de danszaal van de Moulin Rouge ombouwde tot concertzaal. Tot aan de Eerste Wereldoorlog wist het etablissement zich te transformeren tot een echte tempel van de operette met spektakels al: Voluptata, la Feuille de Vigne en le Rêve d'Egypte.

De cancan die de Moulin Rouge wereldberoemd maakte (scene uit Féerie)

In 1907 maakte een charmante nieuwelinge Mistinguett haar debuut. Jeanne Florentine Bourgeois werd door een liedjesschrijver ontdekt als zingend bloemenmeisje die haar de naam Miss Tinguette gaf. Ze eigende zich de naam toe en maakte er een woord van en liet de 'e' aan het einde vallen. Haar aanwezigheid zouden de shows voor een lange tijd doen veranderen en haar creatie van het concept Music-Hall was het begin van een nieuw succesverhaal. De mix van populaire liedjes, komedie en uiteenlopende acts vol pluimen, pailletten, dansers en danseressen, vormde een onnavolgbaar spektakel.

In 1915 verwoeste een grote brand de grote zaal van de Moulin Rouge en het duurde tot 1925 voor het nieuwe gebouw compleet met wintertuin, cabaret en art déco gehoorzaal werd geopend. Nieuwe revues volgde elkaar snel op, allemaal geïnspireerd door de stijl van Broadway. Legendarische creaties als Revue Mistinguett (1925) en Ça c'est Paris (1926). In 1929 verliet de ster de Moulin Rouge en werd het theater met 1500 zitplaatsen overgenomen door Pathé,  die er één van de grootste bioscoopzalen van Europa van maakte.

Voor en tijdens de Tweede Wereldoorlog werd er in Parijs niet veel plezier gemaakt, al waren er wel wat glamoureuze shows die werden opgevoerd voor een publiek van hoofdzakelijk Duitse soldaten. Het enige noemenswaardige optreden in de Moulin Rouge was dat van Édith Piaf, een paar dagen voor de bevrijding in 1944.

De huidige grote zaal van de Moulin Rouge na de verbouwing in 1962

De heropleving van de Moulin Rouge liet ruim 6 jaar op zich wachten na de overname, in 1951, door George France, alias Jo France de eigenaar en oprichter van Balajo. Hij startte onmiddellijk met renovatiewerkzaamheden om de Moulin Rouge zijn oude grandeur te laten herwinnen. Het huidige interieur van de zaal danken we aan Henri Mahé. Zijn geschilderde ontwerpen verrukken tot vandaag de duizenden bezoekers. Jo France herintroduceerde bovendien de French cancan en de soirées dansantes. Succesvolle sterren uit die tijd verdrongen elkaar om op te mogen treden in de rode molen: Luis Mariano, Charles Trenet, Charles Aznavour, Bourvil en Lena Horne.

De rode molen, al 126 jaar een icoon van de stad Parijs

In 1955 kwam de Moulin Rouge in handen van de eigenaars van Le Lido, gevestigd aan de Champs Elysées. De gebroeders Joseph en Louis Clérico transformeerden de Moulin Rouge helemaal. Onder andere door  de inrichting van een grote keuken om aan het meer en meer internationale publiek een dinerspektakel te kunnen bieden. De dinner-shows werden een van de meest begeerde Parijse attracties. In 1962 volgde nog een verbouwing onder leiding van Jacki Clérico de zoon van Joseph. Hij vergrootte de zaal en installeerde een reusachtig aquarium dat vanuit het niets op het toneel verscheen vol met schaars geklede danseressen die bewogen als bekoorlijke zeemeerminnen. Na het succes in 1963 van de show Frou Frou koos Jacki Clérico als gevolg van bijgeloof, alleen nog voor titels met een 'F'. De effen volgden elkaar snel op: Frisson (1965), Fascination (1967), Fantastic (1970), Festival (1973, Follement ( 1976) Frénésie (1979), Femmes Femmes Femmes (1983).

Het honderdjarig bestaan van de Moulin Rouge werd gevierd met de show 'Formidable', die tussen 1988 en 1999 door meer dan 4,5 miljoen bezoekers werd bezocht. Op 23 december 1999 vond de première plaats van de nieuwe extravagante show die nu nog steeds te zien is 'Féerie'.

In 2012 heeft een team van internationale kunstrestaurateurs nog een historische fresco met zeer veel zorg verwijderd, schoongemaakt en gerestaureerd. De fresco, geschilderd op jute door Henri Mahé in 1951, is een nauwkeurige replica van het origineel, dat geschilderd was door Henri de Toulouse-Lautrec op de zijkanten van de woonwagen van de beroemde cancan danseres Louise Weber, beter bekend onder haar artiestennaam La Goulue. Het origineel is nog steeds te zien in het Parijse Musée d'Orsay. De fresco van Mahé is inmiddels al weer in al zijn glorie hersteld en terug op zijn oude plek, in de grote zaal beschermd achter veiligheidsglas. Goed voor de volgende zestig jaar.

De Moulin Rouge is al decennia lang een belangrijke inspiratiebron voor schilders, afficheontwerpers, filmmakers en fotografen. De nachtclub staat nog steeds symbool voor de bruisende Belle Époque en de levensstijl die de vrijgevochten bohemiens van Parijs zich aan het einde van de negentiende eeuw hadden aangemeten. Nu is het de plek van prachtige shows met half naakte tableaux vivants. De huidige show Féerie loopt nog steeds en kostte de lieve som van 8 miljoen euro.

Mijn souvenirs uit 1969, 1996, 2004 en 2014

Zeven dagen per week, met twee shows per dag (21.00 uur en om 23.00 uur), wordt u ontvangen door een zwarte brigade van 120 medewerkers. Het prachtige theater, geheel in de sfeer van de Belle Époque, biedt plaats aan 900 gasten, die overal goed zicht hebben op het toneel. De choreografie is van Bill Goodson en verder bestaat 'Féerie' uit een groep van 100 artiesten, waaronder 60 langbenige Doriss Girls bestaande uit 14 nationaliteiten. 1000 Kostuums met veren, bergkristallen en pailletten, ontworpen door Corrado Collabucci en vervaardigd in de beroemdste Parijse ateliers, schitterende settings met stralende kleuren en unieke ontwerpen van Gaetano Castelli, gemaakt door Italiaanse kunstenaars. Verder de beste internationale en opzienbarende acts en dit alles met muziek van Pierre Porte, uitgevoerd door zo'n 80 muzikanten en 60 leden van het koor. Dit alles onder het genot van een goed glas champagne. En nu we toch met cijfers bezig zijn. Per jaar worden hier meer dan 240.000 flessen champagne geschonken.

De nieuwe visual voor 2015

Eigenlijk mogen we vaststellen dat de Moulin Rouge nog steeds een icoon is van deze stad.

Bron en fotografie: Moulin Rouge Paris
Bal du Moulin Rouge, boulevard de Clichy 82, Montmartre 18e arrondissement, metro Blanche
7 dagen per week dinner & show 19.00 uur, start show 21.00 uur vanaf € 190 per persoon, 2e show start 23.00 uur vanaf  € 102 per persoon. Voor Informatie en reserveringen Moulin Rouge 00.31.1.53.09.82.82

7 dagen in de week, 52 weken lang, 2 shows per dag; ca c'est Féerie